“Retailers willen steeds vaker Skal- en PlanetProof-gecertificeerde producten”, zegt kruidenteler Piet Buysman uit Andijk. Maar biologisch telen is niet altijd haalbaar, zo is zijn ervaring. “Bovendien is het nog maar de vraag met welk keurmerk je nu echt de meeste milieuwinst boekt”, zegt Piet. Hij pleit voor een volledig en genuanceerd verhaal over On the way to PlanetProof en Biologisch richting retailer en consument.
Buysman Kruiden teelt verse kruiden in de pot: peterselie, munt, dille, basilicum, notenkruid, koriander en bieslook. Het familiebedrijf uit Andijk behaalde jaren geleden al het MPS-certificaat en Vita Certa, het Triple A label van MPS. Sinds april 2017 dragen de producten van Buysman Kruiden eveneens het keurmerk On the way to PlanetProof.
Piet: “Wij doen heel veel op het gebied van duurzamer produceren, vanuit de volle overtuiging dat we alleen zó de natuur en de sector kunnen behouden. Chemische en biologische bestrijdingsmiddelen kom je bij Buysman niet tegen. Voor de bestrijding van plagen zetten we alleen natuurlijke vijanden in, zoals roofmijten en sluipwespen. Het productieproces verloopt bij ons grotendeels met de hand. En we hebben ook al jaren een warmtepomp die werkt op aardwarmte en zonnepanelen. Daarnaast verlichten we onze kassen voor een groot deel met ledverllichting.”
Buysman is dan ook blij met PlanetProof, de nieuwe duurzaamheidstandaard voor de tuin- en akkerbouwsector. “Veel supermarkten, in ons geval inkooporganisatie Superunie, willen echter nog een stap verder gaan en spreken steeds vaker hun voorkeur uit voor biologisch geteelde producten”, zegt Piet.
Proef met biologisch
“Natuurlijk willen wij graag tegemoetkomen aan de wensen van onze afnemers”, zegt de kruidenteler. “We zijn daarom een jaar geleden op proefbasis gestart met het biologisch telen van basilicum, de meest kwetsbare van onze soorten. Maar het blijkt niet zo eenvoudig om dat voor elkaar te krijgen, zonder afbreuk te doet aan de kwaliteit van de plant. Vooral de houdbaarheid van de kruiden blijkt een stuk minder goed dan bij de gangbare teelt. Met name in de winterperiode zijn de planten veel sneller bedorven, omdat ze nauwelijks zonlicht zien. Om dat te voorkomen, moeten we de planten de juiste voeding blijven meegeven. Het volledig uitbannen van kunstmest, zoals het biologisch keurmerk voorschrijft, blijft voor ons voorlopig dus een uitdaging, maar een die we zeker niet uit de weg gaan. We moeten we er alleen eerst zeker van zijn dat de kwaliteit die we nu voeren overeind blijft, voordat we helemaal stoppen met kunstmest. Kwaliteit blijft bij ons altijd voorop staan.”
Alle maatregelen meewegen
Bij PlanetProof is het gebruik van kunstmest wel toegestaan, mits noodzakelijk en op basis van grond- en gewas-analyses. Anderzijds stelt PlanetProof wel hoge eisen waar Skal dat niet doet, onder meer op het gebied van energiebesparing, waterkwaliteit, waterbesparing en afvalverwerking. Piet: “Veel retailers en consumenten zijn niet op de hoogte van die verschillen tussen de keurmerken, valt mij op. Ze weten dus in feite niet waarvoor ze precies kiezen. Bovendien is het volgens mij nog nooit wetenschappelijk aangetoond dat je met het biologisch keurmerk meer milieuwinst haalt dan met PlanetProof. Daarmee wil ik niet zeggen dat het ene keurmerk beter is dan het andere, met beide keurmerken kun je mooie resultaten boeken. Maar het is wel zo eerlijk dat je bij je keuze alle milieumaatregelen meeweegt en kijkt naar wat er voor telers haalbaar is. Aan ons telers en SMK de taak om dit verhaal duidelijker te communiceren naar retailers, en retailers vervolgens naar de consument.”
“Terug naar overzichtMet welk keurmerk realiseer je nu de meeste milieuwinst?”